Stevige RES-kritiek van Leefbaar en Duurzaam Haaglanden

PLATFORM LEEFBAAR & DUURZAAM HAAGLANDEN 27 JUNI 2020 WENSEN & BEDENKINGEN CONCEPT RES 1.0 

PLATFORM LEEFBAAR & DUURZAAM HAAGLANDEN Het Platform Leefbaar en Duurzaam Haaglanden is op 6 maart 2020 opgericht door inwoners van Pijnacker-Nootdorp, Zoetermeer en Den Haag/Leidschenveen. Onze achterban bestaat uit leden van 4 VvE’s, Bewonersorganisatie Leidschenveen, Buurtvereniging ’s Gravenhout, bewoners uit Pijnacker-Nootdorp, Rokkeveen en Meerzicht. Aanleiding voor de oprichting van het Platform is de ontwikkeling van de Regionale Energie Strategie (RES) in de RES-Regio Rotterdam-Den Haag/ Leidschenveen in 2020. 

Doel van het Platform is het beschermen van onze woonomgeving en natuur- en recreatiegebieden (in de RES–Regio) tegen de schadelijke impact van windturbines en zonnevelden. Wij komen enerzijds op voor de leefbaarheid van onze woonomgeving, anderzijds zijn wij voorstander van spaarzaam omgaan met energie en het ontwikkelen van duurzame en nieuwe energiebronnen. 

Het Platform onderschrijft de noodzaak van de transitie naar schonere en duurzame energie- opwekking. Wij denken bij extra opwekking van elektriciteit aan zonnepanelen op daken en langs snelwegen en wind op zee. Uitbreiding van het aantal windturbines boven de VRM-afspraken (2017) is onwenselijk (conform het coalitieakkoord van Gedeputeerde Staten Z-H). Wat betreft warmte denkt het platform primair aan het benutten van de restwarmte uit de industrie. Vermindering van energieverbruik door isolatie en gedragsverandering van de gebruikers komt op de eerste plaats. 

Wij zien energieverduurzaming als onderdeel van een meer omvattend verduurzamingsplan (zoals grondstoffen circulariteit, kwaliteit van de omgeving en borging biodiversiteit). 

Het Platform vraagt de bestuurders, volksvertegenwoordigers en ambtenaren om inwoners/burgers nadrukkelijk (tijdig) bij de ontwikkeling en uitvoering van de RES te betrekken. En dat zij door hen serieus genomen en gehoord worden. Zoals uit de Concept RES blijkt gaan alle inwoners in meer of mindere mate met de RES te maken krijgen: als energiegebruiker, als (belasting)betaler, als initiatiefnemer (zon op dak) en soms als omwonende van energieprojecten (zonnevelden en windturbines). 

WENSEN & BEDENKINGEN Via deze nota geeft het Platform haar wensen en bedenkingen (zienswijze) mee aan de gemeenteraadsleden. Wij zullen onze wensen & bedenkingen na de bijeenkomst van 8 juli ook voorleggen aan het college van burgemeester en wethouders van Zoetermeer met het verzoek om een reactie. 

Onze wensen & bedenkingen geven wij aan de hand van de 5 RES-thema’s: 

  1. Participatie en Procedure 2. Relatie omgevingsvisie en RES 3. Elektriciteit 4. Warmte 5. Brandstoffen 6. Overig 

1.PARTICIPATIE EN PROCEDURE 

Het Platform merkt op dat burgers in een te laat stadium bij de ontwikkeling van de RES betrokken zijn. Uitgaande van de Handreiking RES van Nationaal Programma RES (NPRES) zou de burger in een veel eerder stadium betrokken moeten worden. Het succes van de RES staat of valt immers met initiatieven en, op zijn minst, de medewerking van burgers. Het traject vanaf 2018 heeft zich vooral binnenkamers afgespeeld. Zelfs raadsleden konden ons tot april 2020 niet inhoudelijk vertellen hoe het er voor stond met de RES. 

Positief zijn wij over het initiatief van de raadsleden van Zoetermeer om op 8 juli een informatie- bijeenkomst te houden. Ter voorbereiding van deze bijeenkomst hebben de burgers alle relevante informatie ontvangen (Concept RES deel A en B, diverse brieven en ook aanbevelingen/zienswijze van de Natuur en Milieufederatie Zuid Holland (NMZH)). Wij merken op dat de verstrekte informatie voor een ‘normale’ burger lastig te doorgronden is (veel informatie, veel terminologie, veel herhaling en een tamelijk ondoorgrondelijk proces). Dit bevordert de betrokkenheid van de burger niet. Een brij aan ondoorgrondelijke informatie zal eerder tot argwaan dan draagvlak leiden. 

In de Concept RES staat uitgelegd via welke gremia de Concept RES tot stand is gekomen. Het gaat dan om gremia waarin bestuurders en ambtenaren actief zijn. Naast deze gremia zijn er ook Ateliers gehouden die de bestuurders (o.a. Bestuurlijk Netwerk Energie) adviseerden. Aan deze Ateliers werd ook deelgenomen door maatschappelijke organisaties. Deze zijn verenigd in de Participatiecoalitie: Buurkracht, Hier Opgewekt, LSA Bewoners.nl, Energie samen en de Natuur en Milieufederatie Zuid Holland. Het Platform is in toenemende mate bezorgd over hoe de Ateliers hun werk hebben gedaan en in hoeverre daar echt naar de belangen van inwoners is gekeken. 

Wij zijn daarbij op 15 juni 2020 gealarmeerd door een artikel van Marjolein Quene. Zij nam deel aan RES-bijeenkomsten in Noord-Holland en schreef daarover op Platform O(verheid) 1

Als lid van een algemeen bestuur van een waterschap kon ik de afgelopen periode meepraten over de RES in twee gebieden. Op die bijeenkomsten waren veel mensen aanwezig van adviesbureaus. Het bleek dat de adviesbureaus ingehuurd waren door ambtenaren, maar wat precies hun opdracht was bleef onduidelijk. Volksvertegenwoordigers – zoals gemeenteraadsleden of bestuurders van waterschappen – wisten niet goed wat hun rol op die bijeenkomsten was: luisteren naar de inbreng van inwoners of andere volksvertegenwoordigers, of was dit het juiste moment om hun eigen inbreng te geven? Steevast werd van elke bijeenkomst gezegd dat het een geslaagde bijeenkomst was omdat mensen actief ‘meededen’ en er ‘veel is opgehaald’. 

Het Platform hoopt dat bovenstaande niet geldt voor de Ateliers van onze RES-regio. Of dat zo is zal komende periode duidelijk moeten worden. 

De adviezen van de Ateliers zijn naar ons beeld zwaarwegend geweest. Het verbaast het Platform dat organisaties van de Participatiecoalitie een zware rol in de RES-Ateliers hebben gekregen. Immers deze organisaties hebben burgers uit de regio noch geraadpleegd over in te nemen standpunten, noch geïnformeerd over haar rol of inbreng. De leden van deze vaak landelijk optredende organisaties hebben feitelijk a titre personnel geopereerd. Reden om twijfels te hebben bij hun inbreng op lokaalniveau. 

De Concept RES pleit er voor om nu ‘snel met grondeigenaren van de zoekgebieden om de tafel te gaan om te inventariseren wat er nodig is om hun eigendom eventueel in te zetten of te benutten ten behoeve van de energietransitie’ 2. Uit het proces van de VRM (2016-2017) heeft de Provinciale Staten geleerd dat allereerst de overheid moet besluiten of een gebied in aanmerking komt voor grootschalige opwek van energie en dat daarna het gesprek gevoerd wordt met grondeigenaren en niet andersom3. Immers de overheid bepaalt waar bijvoorbeeld windturbines komen. Het starten met het gesprek met grondeigenaren in de fase daarvoor kan er toe leiden dat de regie te veel bij de grondeigenaar komt te liggen. Indien een grondeigenaar bijv. windturbines op zijn land wil, kan dit leiden tot subjectieve afwegingen 4

De Wensen & Bedenkingen worden nu opgehaald door de Raad van Zoetermeer. Het vervolgtraject is onlogisch. Voor 1 oktober 2020 kan Zoetermeer wensen en bedenkingen meegeven aan NPRES. Daarmee verwerkt onze RES-regio niet zelf de gewenste aanpassingen voor die cruciale datum en biedt die aangepaste versie aan NPRES aan. Dat proces van aanpassing en verfijning gebeurt in onze RES-regio na 1 oktober 2020. Wat NPRES op 1 oktober 2020 met de wensen en bedenkingen (van 30 RES-regio’s(!) gaat doen, is voor het Platform onduidelijk. Ondertussen rekenen NPRES en PBL wel de nu voorliggende Concept RES door. Dit doen NPRES en PBL in oktober 2020 voor alle 30 RES-regio’s. Hebben de RES-regio’s de 35TWh op te wekken elektriciteit niet behaald, dan volgt er een vervolgtraject, waarbij ook onze RES Regio een extra opgave kan krijgen (Route 35). Het ingewikkelde is dat alle berekeningen gemaakt worden op plannen die niet democratisch zijn vastgesteld en ook zo weer kunnen wijzigen (wensen en bedenkingen zijn niet verwerkt). De gemeenten gaan immers zelf over wat er binnen hun gemeente wel of niet gebeurt in het kader van de RES. Het Platform vindt dat NPRES en PBL 

1 Platform O: https://platformoverheid.nl/artikel/regionale-energiestrategie-businesscase-of- publieke-afweging/ 2 Deel B pag 78 3 Commissie Ruimte en Leefomgeving PZH 8 februari 2016 4 Voorbeeld De Haagse Molen in Leidschendam-Voorburg 

een Concept RES moeten doorrekenen waarin de wensen en bedenkingen zijn verwerkt, ook als dit uitstel betekent. ‘Haastige spoed is zelden goed’. 

Het Platform dringt erbij Zoetermeer op aan om tenminste een democratisch vastgestelde nota met wensen en bedenkingen vanuit het College te sturen. Ook dringen wij er bij het College op aan om deze ‘weeffout’ in de procedure door NPRES te laten herstellen. 

Het Platform geeft het volgende mee: 

Bedenkingen 1. De ondoorgrondelijkheid van de informatie over de Concept RES heeft een negatief effect op de 

betrokkenheid van de burger; 2. De burgers zijn te laat betrokken bij de Concept RES; 3. De Maatschappelijke organisaties hebben hun inbreng niet getoetst bij de burgers uit de regio. 

Daarmee is hun inbreng discutabel en weinig vertrouwenwekkend; 4. Voortijdige gesprekken met grondeigenaren over de mogelijkheid tot grootschalige 

energieopwekking in de zoekgebieden zal leiden tot subjectieve afwegingen over de wenselijkheid; de business-case kan voor het belang gaan van de inwoners van het gebied; 5. NPRES en PBL gaan aan de hand van de Concept RES de te realiseren opgave van de RES- 

regio berekenen, terwijl er niet democratisch besloten is over de inhoud van de Concept-RES. Dit kan er toe leiden dat de RES-regio een extra opgave in het kader van energieopwekking krijgt of gehouden wordt aan eerder genoemde indicaties (2,8-3,2TWh). 

Wensen 1. Betere communicatie met de burger en publieksversies van de (Concept) RES en van de RES – 

procedure; 2. Meer aandacht van de Media vragen voor het RES-proces; 3. Het gebrek aan verbinding tussen Participatiecoalitie en burgers benoemen in de Concept RES. 

Meer nuance met betrekking tot de waarde van hun inbreng. Zij vertegenwoordigen onvoldoende de inwoners van de regio; 4. Gesprekken met grondeigenaren over mogelijkheid tot grootschalige opwekking van elektriciteit 

pas starten na democratische besluiten over wenselijke locaties; 5. De Raad met het College komen tot een gedragen reactie van Zoetermeer op de Concept RES; 6. Het College moet NPRES laten inzien en er toe bewegen de procedure aan te passen. 

2.RELATIE OMGEVINGSVISIE EN RES 

Veel gemeenten, ook Zoetermeer, hebben nog geen omgevingsvisie vastgesteld en/of gecommuniceerd. De RES heeft een grote ruimtelijke impact op de omgeving. De concept RES stelt dat ‘De RES opgenomen moet worden in het omgevingsbeleid (Klimaatakkoord) 5’. Daarnaast is ook de Nationale omgevingsvisie (NOVI) van belang. Gezien de voortgang van de RES zal niet de RES worden opgenomen in het omgevingsbeleid, maar zal de RES bepalend zijn voor de Omgevingsvisie en het omgevingsbeleid. Het risico is groot, dat er op korte termijn landschappelijke ingrepen worden gedaan (voor 20-30 jaar) die haaks staan op de Omgevingsvisie. Dit betekent dat er uitermate kritisch gekeken moet worden naar landschappelijke ingrepen in het kader van de RES en dat bepaalde mogelijkheden pas beoordeeld kunnen worden nadat de Omgevingsvisie en omgevingsbeleid is vastgesteld. 

Bedenkingen 6. De RES loopt voor op de Omgevingsvisie en omgevingsbeleid, waardoor er risico’s optreden als 

het gaat om de inrichting van onze omgeving/landschap. 

Wensen 7. Besluiten over grote landschappelijke ingrepen in het kader van de RES nemen na vaststelling 

Omgevingsvisie en vormgevingsbeleid. 

5 Deel B pagina 34 

3.ELEKTRICITEIT 

De Concept RES richt zich primair op opwekking van energie. Energiebesparing lijkt daaraan ondergeschikt. Toch geldt: ‘wat je niet gebruikt hoef je ook niet op te wekken’. De RES moet meer ingaan op hoe we in onze regio de besparing gaan realiseren en hoeveel de verwachte opbrengst daarvan is. 

Daarbij merken wij op dat de regio grote energieverbruikers dient te weren, zoals datacentra 6. En dat er kritisch gekeken moet worden naar de huidige grootverbruikers. In onze regio verbruiken de huishoudens 25% van de elektriciteit, de tuinbouw 21% en de utiliteit 42%. Grootschalig elektriciteit opwekken met windturbines ten behoeve van de grootgebruikers is onwenselijk. Dat mag niet ten koste gaan van woongenot en landschap. 

Onze regio wordt getypeerd als de Warmteregio van Nederland (er is tweemaal zoveel warmte beschikbaar als er gevraagd wordt). Elektrificatie van de warmtevraag moet zoveel mogelijk voorkomen worden. Het Platform kan zich in dat uitganspunt vinden. 

Op voor hand zijn er geen cijfermatige doelstellingen over hoeveel elektriciteit moet worden opgewekt. Toch gaat de Concept RES uit van 2,8-3,2 TWh. Dat is ook aan NPRES en Plan Bureau voor de Leefomgeving (PBL) aangereikt. Met het noemen van deze doelstelling heeft de regio MRDH zich vastgepind op tenminste 2,8 TWh. Ook wil de Concept RES alle mogelijkheden die daadwerkelijk in het landschap passen aanwenden. Mede door het noemen van de doelstelling wordt de druk om windturbines in het landschap op te stellen verhoogd. Daar zit voor het Platform een grote zorg. 

WIND OP LAND Windturbines op land heeft (zeer) grote impact op het landschap. Het plaatsen van windturbines op land is een grote zorg voor het Platform. In de Concept RES staan een aantal geruststellende alinea’s over grootschalige opwekking van elektriciteit op land: 

– we kiezen voor een haalbare aanpak die past bij het landschap, inwoners, bedrijven en 

regionale kwaliteiten; – oplossingen moeten gedragen worden door de omgeving: bewoners, grondeigenaren en 

bedrijven; – we werken toe naar een regio die de plek is waar we volop kunnen genieten van de natuur; – we nemen als vertrekpunt wat redelijkerwijs mogelijk is; – we werken vanuit de intrinsieke regionale kwaliteiten, draagkracht en waardering van het 

landschap; – we gaan uit van wat past en wat haalbaar is. 

Ondanks bovenstaande zijn er bij het Platform grote zorgen over wind op land. 

DRAAGKRACHT VAN HET LANDSCHAP In de Concept RES wordt nadrukkelijk ingegaan op de ‘draagkracht van het landschap’. Voor burgers is deze redenatie ondoorgrondelijk. Gesuggereerd wordt immers dat de plaatsing van windturbines (van tenminste 230 m hoog) de eigenheid en kwaliteit van het landschap kan behouden of zelfs versterken. De RES noemt dat evenwichtskunst. De RES geeft aan dat het mogelijk is om door windturbines in de natuur te plaatsen, de natuur versterkt kan worden door de opbrengst terug te laten vloeien naar het gebied. Vooral de NMZH is daar een groot voorstander van (www.natuurwind.nl). Zij noemt in haar brief 7 dat zij zich hard wil maken voor het zorgvuldig ontwikkelen en inpassen van grootschalige energieopwekking in natuur en landschap. Het Platform kent geen locaties in ons land waar dit gerealiseerd is en waar de omwonenden en gebruikers van het gebied tevreden zijn met het resultaat. De achterban van de Natuur en Milieufederatie is echter overwegend negatief over het plaatsen van windturbines in natuurgebieden8

LOKAAL EIGENDOM De Concept RES noemt als belangrijke voorwaarde voor grootschalig elektriciteitsopwekking het 50% lokaal eigendom. Energiecoöperaties, zoals de Windvogel (www.windvogel.nl) willen heel graag windturbines ontwikkelen. Ook Dezo (www.dezo.eu ) de Zoetermeerse Energiecoöperatie 

6 Casus Datacentra Wieringermeer (Google en Microsoft): NRC 13 juni 2020 7 Documenten van NMZH waren onderdeel van de informatieset voor inwoners 8 De Burgerbeweging over: grootschalige energieopwekking op land (onderzoek dor de NMF juni 2020; https://www.natuurenmilieufederaties.nl/wp-content/uploads/2020/06/2020.06.18_De- burgerbeweging-over-grootschalige-energieopwekking-op-land.pdf

blijft deze ambitie houden. En ook de NMZH wil hier in een grote speler worden. Zij wil vaart maken. Eerdere pogingen om in het kader van de VRM met Staatsbosbeheer windturbines in de Balij te realiseren zag zij stranden door totaal gebrek aan draagvlak. 

Het Platform is van oordeel dat lokaal eigendom van windturbines grote risico’s met zich meebrengt. Bekend is dat het bij lokaal eigendom vaak gaat om energiecoöperaties die leden laten deelnemen. Dat zijn ook burgers, maar zij wonen meestal niet in de buurt van de windturbines. Leden uit de Randstad participeren bijvoorbeeld in windturbines in Drenthe of Groningen. Daarmee hebben coöperatieleden de lusten en de omwonenden de lasten. Dit geeft enorm veel sociale onrust in het gebied en is een bedreiging voor het draagvlak voor de energietransitie. 

Het lokaal eigendom van miljoenen kostende windturbines is een merkwaardig fenomeen. Immers burgers participeren ook niet bij de aanleg van een weg of een tunnel. Lokaal eigendom van zonnepanelen is kleinschaliger en zeker zon op dak wordt door vrijwel iedereen als positief ervaren. 

VERHAALLIJN INFRASTRUCTUUR (ZOEKGEBIED A12) Het Platform is van oordeel dat de Concept RES de burger zand in de ogen strooit met onschuldige termen als ‘Verhaallijn’. De Verhaallijn Infrastructuur noemt de A12 Zone van Den Haag tot Lansingerland. De Concept RES stelt dat dit een gebied is met VEEL kansrijke gebieden voor de productie van zon en wind. Voor plaatsing van zonnepanelen kan dat kloppen. Zeker indien wij de A12 deels overkappen. Er wordt echter ook gesteld: 

– ‘er zijn in deze zone kansen voor windturbines waar mogelijk in lijnopstelling’; – ‘Er is meer onderzoek nodig voor ontwikkelmogelijkheden voor windenergie langs de A12 

in combinatie met recreatie’ (hier lezen we de invloed van de NMZH); – En: aanleg van windturbines langs infrastructuur kan een conflict opleveren met het 

streven naar open landschappen en de bescherming van vogels 

Als wij scherp naar de locatie A12 Den Haag-Lansingerland kijken constateren wij dat: 

– er tussen het Prins Clausplein en Prisma/Bleizo geen mogelijkheden zijn voor het plaatsen 

van windturbines, tenzij De Balij of het Westerpark geofferd wordt. Maar dat past niet bij de uitspraken over landschap, natuur, recreatie en draagvlak; daarnaast is het een bedreiging voor de vogelstand en vleermuizen in dit gebied (Groen Blauwe Slinger: Nieuwe Driemanspolder-De Balij- Groenzoom); – HERON weliswaar een bedrijventerrein is maar te dichtbij de wijk ‘s Gravenhout ligt; – Prisma/Bleizo een VRM locatie9 is. 

Inmiddels is bekend dat het Convenant tussen de Stadregio Rotterdam en de provincie Zuid- Holland waarin de plaatsing van windturbines in het kader van de VRM is geregeld, is verlengd tot 2025. Prima/Bleizo is zo’n VRM-locatie. Dit betekent dat de gemeente Lansingerland de opgave heeft om binnen haar gemeente 12 MW opgesteld vermogen windenergie moet realiseren op Prima/Bleizo of elders. Het niet realiseren van deze 12MW windenergie mag niet leiden tot een windenergieopgave voor de gemeenten Zoetermeer en Pijnacker-Nootdorp. Beide gemeenten zijn binnen RES-verband ingedeeld in het Cluster infrastructuur A12 (zoekgebied). 

Op basis van de VERHAALLIJN STADSRANDEN kun je opmaken dat de A12 tussen Prins Clausplein en Prima/Bleizo juist NIET als kansrijk gebied voor windenergie wordt beoordeeld! De kaart is echter (opzettelijk?) vaag gehouden. Je kunt namelijk ook lezen dat alle stadsranden (paars) voldoen aan de definitie van deze Verhaallijn, maar dat het gebied nog niet is uitgesloten of gedefinieerd als kansrijk gebied voor wind en zon. Het Platform wil hierover graag opheldering. Het Platform merkt op dat het definiëren als ongeschikt voor windturbines juist zou zijn, want windturbines langs dit deel van de A12 staan dicht bij woonwijken. Zon is juist weer wel heel goed mogelijk (geluidswal, overkapping). 

In de VERHAALLIJN OPEN LANDSCHAP staan in de Meerpolder als mogelijkheid 3 windturbines ingetekend. Dit is aan de rand van het Groene Hart in de gemeente Leidschendam-Voorburg. Dat is zeer onwenselijk, omdat dit een vogelweide gebied is. Inmiddels heeft de gemeente Leidschendam-Voorburg een motie aangenomen waarin is vastgelegd dat er binnen de gemeente geen windturbines mogen komen. Het Platform juicht dit toe. 

9 VRM: Visie Ruimte en Mobiliteit, waarin potentiele plaatsingsgebieden voor windturbines zijn aangegeven 

COALITIE AKKOORD ZUID-HOLLAND EN DE CONCEPT RES Het Coalitieakkoord 2019-2023 stelt het volgende over wind op land: ‘Energieopwekking uit wind op land heeft onze laatste voorkeur. Wij actualiseren onze plaatsingsvisie voor windmolens met de volgende voorwaarden: er is lokaal draagvlak, windmolens worden opgesteld in lijn- opstelling langs infrastructuur en grote open wateren, geen plaatsing in het Groene Hart, Hoeksche Waard, Midden-Delfland en natuurgebieden. Omwonenden moeten kunnen meedelen in de opbrengsten van windmolens. Daarbij laat de provincie ruimte om te onderzoeken of bestaande locaties – zoals vastgelegd in ons omgevingsbeleid – kunnen worden uitgebreid’. Het Platform constateert dat de Concept RES onvoldoende aansluit bij het Coalitieakkoord. Er van uitgaand dat het Coalitieakkoord overeind blijft, betekent dit dat de realisatie van wind op land te rooskleurig is voorgespiegeld door de Concept RES. 

POWERNEST De gemeente Den Haag denkt aan de ontwikkeling van de PowerNest10. Hiermee kunnen in stedelijk gebied gebouwen energieneutraal worden gemaakt. De PowerNest is een 4,8 meter hoge unit die windenergie en zonnepanelen met elkaar combineert. Dat is gunstig mede omdat het Nederlandse weerbeeld een behoorlijke afwisseling laat zien van wind en zon, zeker gedurende het jaar. Daardoor blijft de totale opbrengst over het hele jaar redelijk stabiel en wordt op termijn ook opslag van energie – en daarmee netonafhankelijkheid – een haalbare kaart. 

Bedenkingen 

  1. De Concept RES heeft onvoldoende oog voor grootverbruikers en de effecten van grootgebruik 

voor de inwoners (namelijk meer grootschalig opwekken); 8. Met het niet expliciet noemen van een cijfermatige doelstelling over hoeveel elektriciteit moet 

worden opgewekt en het wel noemen van een bandbreedte kan de RES-regio de regie kwijtraken over wat er geleverd moet worden als RES-Regio; 9. Windturbines in natuur en recreatiegebieden zijn onacceptabel en zullen het landschap nimmer 

versterken; 10. Lokaal eigendom van miljoenen kostende windturbines zal leiden tot een situatie waarbij 

investeerders van elders de lusten hebben en omwonenden de lasten; 11. De Verhaallijn Infrastructuur A12 gaat uit van de mogelijkheid van windturbines tussen Prins 

Clausplein en Prisma/Bleizo. Dat is onmogelijk gezien de bebouwde omgeving en natuurgebieden De Balij en Westerpark. Ook geeft de Verhaallijn infrastructuur A12 wellicht iets anders aan dan de Verhaallijn Stadsranden; 12. In de Verhaallijn Open Landschap staat een optie voor windturbines in de Meerpolder. Dit is 

onwenselijk; 13. In de Concept RES wordt onvoldoende aandacht besteed aan de VRM-afspraken en de 

gevolgen daarvan voor de RES; ook het nieuwe Convenant wordt niet genoemd; 14. De Concept RES heeft geen oog voor het Coalitie Akkoord 2019-2023 in de Provincie Zuid- 

Holland. 

Wensen 

  1. De Concept RES moet meer nadruk leggen op energiebesparing. 9. De Concept RES moet er zorg voordragen dat inwoners niet het slachtoffer worden van 

grootverbruikers in onze regio; ook moet bezien worden in welke mate grootverbruik wenselijk is; 10. De Concept RES vermeldt een realistische doelstelling of vermeldt niets over mogelijke 

opbrengst, ook geen bandbreedte van 2,8-3,2 TWh; 11. De NMZH wordt niet erkend als partij die het voortouw moet nemen als het gaat om 

participatie bij de RES; daarnaast wordt de NMZH er op gewezen dat haar stellingname dat windturbines in natuur- en recreatiegebieden ontwikkeld kunnen worden in strijd is met de enquête gehouden onder hun achterban in juni 2020; De NMZH verwijst in haar brief naar het houden van deze enquête; 12. De Verhaallijn Infrastructuur A12 moet worden aangepast. Windenergie tussen Prins Clausplein 

en Prisma/Bleizo is onmogelijk (en onwenselijk). Dit is ook in lijn met de motie ‘ Geen windmolens in De Balij en Westerpark’; 13. Er moet duidelijkheid komen over de Verhaallijn Stadsranden, er wordt nu teveel 

opengehouden en dat biedt kansen voor ongewenste ontwikkelingen; 14. De Concept RES gaat in op de VRM en het recent verlengde Convenant, in het bijzonder de 

gevolgen voor het Cluster Zoetermeer-Pijnacker-Nootdorp-Lansingerland; 15. De mogelijkheid tot windturbines in de Meerpolder moet worden geschrapt (Verhaallijn Open 

Landschap); 

10 Powernest: https://www.bouwwereld.nl/producten/powernest-maakt-hoogbouw- energieneutraal/ 

  1. De Concept RES wordt afgestemd op het Coalitie Akkoord Provincie Zuid-Holland, in het 

bijzonder als het gaat om de plaatsing van windturbines op land; 17. De Concept RES neemt de ontwikkeling van PowerNest mee in de opgave. 

ZON Volgens het Coalitie Akkoord Provincie Zuid-Holland moet elektriciteitsopwekking met zon voor wind gaan. Zoals de concept RES beschrijft is hier nog heel veel in te winnen. Het Platform staat daar achter. Wel vinden wij dat in de eerste plaats de daken moeten worden benut en de geluidswallen van wegen. Wat betreft zonnevelden moeten we in onze dichtbebouwde regio zeer terughoudend zijn. Dus geen zonnevelden in natuur- en recreatiegebieden. 

Het Platform kan zich zeer vinden in geluidswallen met zonnepanelen, met name op het traject Prisma/Bleizo tot Prins Claus Plein. Wij merken op dat de geluidsoverlast van de A12 groot is en het fijnstof gezondheidsrisico’s met zich meebrengt. Gedeeltelijke overkapping is de beste optie en biedt nog meer mogelijkheden. 

Het Platform heeft onvoldoende zicht op in welke mate de gemeente nu zon op dak stimuleert. In hoeverre zijn er plannen voor alle overheidsdaken? Daarnaast is er zorg om het initiatief geheel bij Dezo11 te leggen. Het Platform constateert dat DeZo zich zeker inspant om haar idealen te realiseren, maar de organisatie mist slagkracht, middelen en organiserend vermogen. 

Het Platform pleit er voor om naast zon op overheidsdaken, bedrijventerreinen of zon op dak bij particulieren verder te stimuleren. Wij vragen extra aandacht voor het realiseren van zon op de daken van VvE’s. Binnen VvE’s is het vaak lastig om zon op dak te realiseren. Onder andere door de vereiste meerderheid die nodig is voor zo’n besluit. 

Het Platform is geen voorstander van zonnevelden in onze kostbare open ruimte. Zeker in natuur- en recreatiegebieden is dit uit den boze. 

Bedenkingen 15. Het realiseren van zonnevelden is onwenselijk in onze dichtbevolkte regio; de combinatie van 

zonnevelden en natuur zal leiden tot ernstige verschraling van het gebied en achteruitgang van biodiversiteit; 16. Er is te weinig realisatiekracht binnen de gemeente om op grote schaal zon op dak waar te 

maken; 17. Er is in de concept RES te weinig aandacht voor de problematiek die realiseren van zon op dak 

van de VvE’s met zich meebrengt.; Risico is dat de daken van VvE’s onderbenut blijven. 

Wensen 18. Duidelijke keuze maken en uitdragen om langs de A12 van Prisma/Bleizo tot het Prins 

Clausplein te kiezen voor elektriciteitsopwekking met zonnepanelen op geluidswallen en eventueel gedeeltelijke overkapping van de snelweg; 19. Realisatiekracht om te komen tot zon op dak vergroten; 20. Specifieke aandacht voor VvE’s. 

  1. WARMTE 

De problematiek met betrekking tot het benutten van restwarmte is complex. In feite te complex voor Platforms die inwoners vertegenwoordigen. Het is ook bij uitstel een vraagstuk dat door onze hele RES-Regio gezamenlijk moet worden opgepakt, waarbij ook de Rijksoverheid een rol zal moeten hebben. 

Het Platform is van oordeel dat het besluit ’van het gas-af’ ondoordacht en ongenuanceerd is. Onze RES-regio moet dit nuanceren. Ten eerste komt niet al het gas van de bedreigde provincie Groningen, ten tweede is gas de fossiele brandstof die hoge energetische waarde heeft en een relatief beperkte CO2 uitstoot. Inmiddels is zelfs Urgenda ook tot deze conclusie gekomen. Er lijkt zich een meerderheid af te tekenen die pleit voor een minder snelle afbouw van het gebruik van gas (en gas niet inwisselen voor biomassa). Ook voor de stabiliteit van ons energiesysteem is gas nodig. Of het nu is in de elektriciteitscentrale of bij de burger thuis. 

11 Duurzame Energiecooperatie Zoetermeer www.dezo.eu 

Bovenstaand neemt niet weg dat onze regio fors moet inzetten op restwarmte. Die warmte is er en moeten we zoveel mogelijk benutten. Kritische vraag blijft wel wat er gebeurt als de industrie duurzamer wordt en minder restwarmte gaat produceren. Dit blijft in de Concept RES onderbelicht 

Veel inwoners tasten in het duister welke plannen Zoetermeer heeft: krijgt mijn wijk een warmtenet of moet ik toch een warmtepomp en kan dat, is het wenselijk? Of moet ik een nieuwe energiezuinige CV-ketel kopen? 

In de Concept RES wordt veel aandacht besteed aan de warmte infrastructuur, bijvoorbeeld de warmteleiding die langs Zoetermeer naar Leiden moet gaan lopen. Onduidelijk is wat Zoetermeer wil en wat zij doet om aan het wamtenet te worden aangesloten. Wij vragen om meer duidelijkheid, te beginnen met een helder proces en planning. 

Het Platform verbaast zich over het huidige ‘ 0-op de meter traject’, waarbij blokken woningen aan de warmtepomp gaan, terwijl de Concept RES onnodige elektrificatie van de warmtevraag wil voorkomen. Wij vragen ons af hoe dit beleid te rijmen valt met de Concept RES en of er nieuwe plannen in de pijplijn zitten. Dat zelfde geldt voor de nieuwbouw waarbij ook warmtepompen meer regel dan uitzondering zijn. Het risico is dat de inwoner met zijn warmtepomp in een wijk komt te wonen met een warmtenet. 

Tot slot vraagt het Platform aandacht voor de kosten voor afnemers van warmte uit het warmtenet. In Oosterheem (warmtenet) en ook in de Schoutenhoek (geothermie geleverd dor Etec) worden inwoners geconfronteerd met hoge, niet beïnvloedbare energierekeningen. 

Bedenkingen 18. Het risico is dat Zoetermeer te snel van het gas af wil, terwijl temporiseren de voorkeur zou 

moeten hebben en daar ook draagvlak voor is; 19. De inwoners zijn onvoldoende geïnformeerd over eventuele plannen met betrekking tot de 

realisatie van warmtenetten in Zoetermeer; 20. Zoetermeer lijkt onvoldoende op te trekken in de regio om haar belangen veilig te stellen; 21. Het realiseren van o op de meter woningen die gebruik maken van warmtepompen staat haaks 

op het beleid om de warmte zo min mogelijk te elektrificeren; dat geldt ook voor de nieuwbouw; 22. Het Platform maakt zich zorgen over de kosten van het gebruik van warmte afkomstig van 

warmtenetten. 

Wensen 21. Een meer kritische en terughoudende opstelling van Zoetermeer als het gaat om ‘van het gas 

af’; 22. Duidelijkheid over de ontwikkeling van het warmtenet en een grotere inzet van Zoetermeer om 

dit te realiseren; 23. Meer richten op gebruik van restwarmte en terughoudendheid als het gaat om stimuleren van 

warmtepompen; 24. Kosten voor de gebruiker van afname van restwarmte via het warmtenet beperken. 

6.BRANDSTOFFEN 

Het Platform is positief over de initiatieven om het gebruik van (groene) waterstof te ontwikkelen als energiedrager. Wij zien hierin geen initiërende rol voor de gemeente. Wel moet de gemeente goed de vinger aan de pols houden, zodat zij tijdig deze mogelijkheid kan benutten. Wij vinden dat de gasinfrastructuur behouden moet blijven om zo mogelijk te benutten voor waterstof. 

Bedenkingen Geen 

Wensen 25. De gemeente moet goed de vinger aan de pols houden bij de ontwikkeling van (groene) 

waterstof als energiedrager en tijdig aanhaken als dit een reële optie wordt; 26. Gasinfrastructuur moet behouden blijven. 

5.OVERIG 

SAMENWERKING Het Platform is afgelopen periode opgevallen dat er weinig informatie-uitwisseling en samenwerking is tussen de gemeente Zoetermeer en naast gelegen gemeenten. Het Platform wordt door de wethouder regelmatig op pad gestuurd om zelf informatie te krijgen van andere gemeenten bijvoorbeeld Lansingerland (over Prima/Bleizo). Ook raadsleden onderhouden naar ons idee weinig contact met collega’s van andere gemeenten of met de Provinciale Staten. Dit wekt nu de indruk: ‘ieder voor zich’. De samenwerkingsgerichtheid die de RES vergt bemerkt het Platform onvoldoende. 

VEILIGHEID In de Concept RES lezen wij het pleidooi om de veiligheidseisen met betrekking tot windprojecten te versoepelen. Dit om meer en makkelijker windturbines te kunnen realiseren. Dit is voor ons Platform onbespreekbaar. 

Bedenkingen 23. Het Platform heeft het beeld dat bestuurders, ambtenaren en raadsleden van Zoetermeer 

onvoldoende samenwerken. Wij bespeuren terughoudendheid in plaats van een proactieve houding. 24.Het Platform vindt het ernstig dat de Concept RES pleit voor het versoepelen van 

veiligheidseisen die gesteld worden aan windturbines. 

Wensen 27. Bestuurders, ambtenaren en raadsleden van Zoetermeer werken intensief en proactief samen met buurgemeenten, de Provincie, Waterschappen en Provinciale Staten en de inwoner merkt dit ook; 28. Veiligheidseisen die gesteld worden aan de plaatsing van windturbines worden niet versoepeld . 

———————————————————————————————————– 

3 reacties

  1. Karin 13 januari 2021 om 11:04- Antwoorden

    Verkenning wind en zonne energie en aanbod voor de RES is op 11 januari besproken in de raad. Het college voorstel is dat er geen plek is voor windturbines en grote zonnevelden in en rond Zoetermeer. Na inspraak van inwoners. Bescherming van groengebieden, natuur en woonomgeving staan voorop. De ambitie is zon op daken, taluds en parkeerplaatsen, energiebesparing en innovatie. Het voorstel wordt door een meerderheid van de raad omarmd. Alleen Groenlinks en PVDA vinden het voorstel niet ambitieus genoeg en hadden graag onderzoek naar windenergie gezien. 25 januari wordt het voorstel in de raad vastgesteld.

  2. Peter Lanza 5 april 2021 om 12:28- Antwoorden

    Goedemiddag , ik zou mij op de één of andere wijze wel willen aansluiten bij het platform omdat ik graag nauw aangesloten wil zijn op de ontwikkelingen. Wij zijn eigenlijk gisteren pas achter deze hele ontwikkeling gekomen terwijl de windmolens wel in ons zicht dreigen te komen. Hoe kan ik aansluiten? Groet,

    Peter Lanza bewoner de Leyens Zoetermeer

  3. Aris Jan Hofker 17 april 2021 om 21:30- Antwoorden

    Beste Peter Lanza, ons Platform is in 2020 heel actief geweest. We hebben ons gericht op participatie en de concept RES. Inmiddels hebben Zoetermeer en Pijnacker-Nootdorp hun input gegeven voor de RES 1.0. Belangrijk is dat Zoetermeer geen windturbines wil plaatsen en ook Pijnacker-Nootdorp is tegen windturbines, bijv in De Balij. Ook Leidschendam-Voorburg (en Zoetermeer) is tegen plaatsing van windturbines in de Meerpolder . Wij wachten nu de RES 1.0 af. Zodra die bekend is kijken wij als platform of wij in actie moeten komen. Na onze acties in 2020 heeft de politiek in Zoetermeer het goed opgepakt. De vraag is nu wat er in het RES-proces gebeurt met de inbreng van Zoetermeer en Pijnacker-Nootdorp.

Geef een reactie